geplaatst op 29 maart, 2021
door Karel Hons
De wandeleilanden van de Azoren
De archipel van de Azoren ligt haast halverwege Amerika in de Atlantische oceaan. Zuiderhuis organiseert hier al vele jaren begeleide wandelreizen in groep en sinds 2018 hebben we ook een nieuw individueel wandelprogramma naar de centrale eilanden Faial, São Jorge en Flores. Het werd hoog tijd om de tot de verbeelding sprekende subtropische wandeleilanden eens zelf te gaan ontdekken.
São Miguel
We trokken eerst naar São Miguel, het grootste en meest oostelijke eiland van de archipel. Met een huurwagen doorkruisen we het eiland in alle windrichtingen, langs de kust en langs de randen en over de flanken van de drie vulkanen die het eiland vormgeven. Het groene eiland contrasteert hevig met het blauw van de zee en de kratermeren.
Intens blauw zijn ook de metershoge hortensiahagen, dwars door de weilanden en aan weerszijden van zowat iedere rijweg op het eiland. Hier heb je altijd de indruk over een dreef naar een rijkelijk landgoed te rijden… Terwijl we natuurlijk op weg zijn naar ons vertrekpunt van onze dagelijkse wandeling van de dag: naar het ‘koninklijke uitzichtpunt ‘Vista del Rey’ bijvoorbeeld, waar de ronde van de kratermeren van Sete Cidades van start gaat. Of naar Furnas, een fascinerende plek, waar vulkanisme deel uit maakt van het dorpsleven en je kan proeven van een hutsepot die men in de dampende solfatarenvelden klaarstooft. We baden in natuurlijke warmwaterbronnen en wandelen langs het kratermeer Lagoa de Fogo en door de schilderachtige theeplantages van Cha Gorreana…
Faial
We reizen verder naar de meer centraal gelegen eilanden van de archipel, Faial, Pico en Sao Jorge. Horta is een heerlijke plek om de verpozen, het is een middelgrote stad maar toch een haven van rust… Hier gaan alle trans-Atlantische zeilers voor anker, op hun tocht tussen Europa en Amerika, om zich te bevoorraden of uit te rusten. Op de achtergrond van de haven met honderden aangemeerde zeilschepen torent de indrukwekkende, 2300 m hoge van de Pico-vulkaan Pico op vanuit de zee.
Aan de andere kant houdt een reeks vulkaankraters in het centrale hoogland van Faial houdt de wacht. We zullen de meeste op onze wandelingen de komende dagen langs hun flanken en kraterranden passeren. De blik rolt over een lappendeken van weiden, omzoomd met eindeloze hortensiahagen. Langs de paden pronken bloemen in alle kleuren, sommige kennen we als frêle huiskamerplantjes, andere zijn exotischer, paradijsvogelbloemen, wisselbloemen, guichelheil, en achter tuinmuurtjes groeien bananen en papaja’s…
São Jorge
Met de ferry varen we in een paar uurtjes naar Sao Jorge en reizen door naar ons hotel in Calheta, een klein haventje, met een hotel en een restaurant, een bar en een winkeltje. Meer hebben we niet nodig. Calheta is zeer goed gelegen in het oosten van het langgerekte eiland waar de mooiste kustdorpjes en wandelpaden te vinden zijn. Onze hotelier brengt ons iedere dag naar het beginpunt en komt ons ’s avonds opnieuw ophalen waar we na onze wandeling aanbeland zijn.
Slingerende paadjes omhoog en omlaag bieden ongelooflijke uitzichten op de zee en de fajã’s van São Jorge. Fajã’s zijn dorpjes vlak aan de zee en aan de voet van hoge, steile kliffen. Op plantages teelt men hier tropisch fruit, groenten en in de Fajã dos Vimes zelfs koffiebonen. We drinken een heerlijke espresso in Cafe Nunes en krijgen er een rondleiding met alle uitleg over hoe de koffiebonen hier geteeld en gedroogd worden. Maar São Jorge is vooral bekend omwille van de pittige kaas die zijn bijzondere smaakt krijgt door de munt die echt overal op dit eiland groeit. De heerlijke geur vergezelt je op alle wandelpaden…
Pico
We keren terug naar Faial na een korte stop op het eiland Pico, het eiland met de 2400 meter hoge vulkaan die we ondertussen van alle kanten hebben kunnen bewonderen, meestal voorzien van een wolkenkraag. Na een wandeling door de beroemde wijngaarden van Pico, UNESCO-werelderfgoed en keren we terug naar Horta. We moeten op Faial immers nog langs de caldeira wandelen en na een spectaculaire route langs de tien vulkaankraters van Faial bereiken we Capelinhos, een nieuw stuk land dat na een vulkaanuitbarsting in 1957 ontstond. De natuur is er ruig en desolaat, je voelt de aarde hier echt zinderen, al kan het ook aan de strakke wind liggen die dit stuk kust geselt.
Flores
We zwaaien Horta uit en en vliegen weer verder naar Flores, het uiterste westen van de Azoren-archipel – van Europa trouwens – en in alle opzichten weer anders en uniek dan alles wat we al gezien hadden. Het eiland is frisgroen, want aan water is hier geen gebrek, vanaf de blauwe meren van het hoogplateau stromen de beken en riviertjes naar de westelijke klifranden en storten daar bruisend langs de klifwand omlaag. Schilderachtig is het uitzicht vanaf Fajã Grande met de waterval Poço do Bacalau en de hoefvormige klifkust met het prominente kerkje van Ponta da Fajã. Onwezenlijk mooi is ook de omgeving van Poço da Ribeira do Ferreiro, waar verschillende watervallen zich spiegelen in het transparante water van een meertje. Flores telt minder dan 4000 inwoners, stranden zijn er niet en toeristen zijn hier nog vrij zeldzaam. Wie het eiland wil ontdekken moet de wandelschoenen aantrekken. Maar wat een beloning die je dan als wandelliefhebber te beurt valt!
Volg ons op onze socials voor meer inspiratie