geplaatst op 16 april, 2021
door Stefanie Deleu
If you’re happy and you know it clap your hands!
Samen met enkele Zuiderhuiscollega’s trokken we eropuit. Op naar Afrika, het continent dat continu verleidt en fascineert met ‘The Big Five’, zeldzame en exotische vogels en de verscheidene bevolkingsgroepen en culturen. De prachtige glimlach en de menselijke warmte blijven ons bij.
We starten onze reis met een overnachting in de homestay van de goedlachse Sophie aan de voet van de Kilimanjaro. De hoogste solitaire vulkaan ter wereld torent met haar besneeuwde bergtop machtig boven het omliggende laagland uit. Op de bergflanken strekken de koffieplantages zich uit. Moshi is het koffieproducerende centrum van het land. Na een stevig ontbijt van gevulde chipsi mayai (aardappelomelet) met groentjes en vers fruit kunnen we ertegenaan.
We wandelen langs de friendship trail met als eindbestemming Materuni Waterfall. De perfecte activiteit om de eerste indrukken op te vangen en kennis te maken met de Tanzanianen. We proeven van heerlijk lokale gerechten klaargemaakt door een vrouwencoöperatie te midden van een bananenplantage. De kronkelende paadjes laten ons kennismaken met het dagelijks leven dat voornamelijk is gebaseerd op landbouw. De Chaga, één van de grootste bevolkingsgroepen in Tanzania, woont in deze regio. Elk huishouden leeft te midden van zijn eigen bananenkoffietuin, uitgestrekt over de lagere hellingen van de Kilimanjaro. Zo zien we hoe enorme bananentrossen (20kg) langs het hobbelig parcours naar de hoofdweg worden gedragen. We komen voorbij schooltjes en worden langs alle kanten begroet. Een lokale familie laat ons proeven van Mbege, een soort bananenbier.
Sophie is geweldig en vertelt ons gaandeweg haar levensverhaal; hoe ze van een plattelandsmeisje uitgroeide tot een ondernemende vrouw. Door te vroeg te trouwen en door vroege zwangerschappen maken meisjes in Tanzania hun studie vaak niet af. Tegen de wensen van haar vader in, besloot Sophie verder te studeren. In 2017 behaalde ze het diploma Wildlife Tourism. Ze startte haar eigen wildlife bedrijf en baat een homestay uit. Vol passie en levenslust toont Sophie aan dat vrouwen zelf kunnen beslissen. Haar bedrijf ondersteunt niet alleen haar familie maar ook de vrouwen uit de lokale gemeenschap. Ze komt op voor de participatie van de vrouw. We zien hoe Sophie er in slaagt via opleiding, economische ontwikkeling en emotionele ondersteuning een bedrijf te runnen.
Sinds enkele maanden gooit het coronavirus ook hier roet in het eten. Een chronisch gebrek aan reizigers in een land dat fel afhangt van toerisme resulteert ook hier in veerkracht. Moedig en enthousiast als Sophie is, blijft ze geloven in het herstel van de reissector. Toch moet ze het over een andere boeg gooien. Net als vele andere vrouwen verkoopt ze zelfgemaakte en tweedehandskledij, -tassen en -accessoires. Zo creëert ze nu haar financiële zekerheid.
Verder in de reis maken we kennis met de Iraqw-stam en hun levensstijl. In Tanzania leven meer dan 120 authentieke stammen vredig samen. Elk hebben ze eigen tradities, gewoontes en taal. Door de grote etnische verschillen is de cultuur in Tanzania zeer divers. Swahili is de nationale verbindende taal.
Onze gids John, de lokale schoenmaker, neemt ons over de Great Rift Valley mee naar het prachtig gelegen bergdorpje Endallah. De wandeling biedt buitengewone uitzichten over vruchtbare valleien, uitgedoofde vulkanen en vogelrijke meren van de Afrikaanse slenk. We verblijven bij het gezin van John en mama Happy. Hier zijn we als reiziger een eerder zeldzame verschijning. John laat ons weten dat we een kledingstuk uit de kleurrijke en vrolijke stoffen op maat kunnen laten maken.
Een bezoek aan de secundaire school van Endallah laat diepe indrukken achter. If you’re happy and you know it, clap your hands zingen de meisjes ons toe. Sommige leerlingen van Endallah Secondary School wonen erg ver van school af en hebben thuis geen of onbetrouwbare elektriciteit. Door op internaat te gaan, winnen ze tijd om te studeren en kunnen ze zo beter hun toekomst verzekeren. Dankzij Misingi, de NGO waarbij onze collega Steven Andries actief is, zijn er voldoende bedden en matrassen. Misingi realiseert ontwikkelingsprojecten en beoogt een duurzame versterking van de lokale gemeenschap in Tanzania.
Katrien en ikzelf gingen voor de full experience en sliepen bij de meisjes. De directeur duidt Aïshe en Sandra aan en zij begeleiden ons. Ook voor hen lijkt dit een unieke ervaring te zijn. Na het avondeten wachten ons tientallen vrolijke meisjes vol spanning op. We dansen en zingen met z’n allen en wisselen boeiende ervaringen uit ons persoonlijk leven uit. Twee totaal verschillende werelden, zo blijkt. Indommelen met het krakend geluid van de onstabiele dakconstructie, hoestende meisjes en enkele kakkerlakken geeft dit allemaal nog een extra dimensie. Dit eerder nare gevoel wordt overspoeld met de liefde en warmte van de meisjes. ’s Morgens vroeg [lees om 4u] gaat de bel. We hebben een half uur de tijd om onze tanden te poetsen, naar het toilet te gaan en ons aan te kleden. Dit gebeurt allemaal op hetzelfde moment in een veldje grenzend aan het internaat met de logische geurhinder tot gevolg. Uit schrik voor stokslagen lijkt dit ochtendritueel wel een gestroomlijnde machine. We hebben anderhalf uur de tijd het lokaal te poetsen, de planten te bewateren, hout te sprokkelen en te splitten, ingrediënten te verzamelen voor de maaltijden, etc. Om zes uur wordt de vlag gespannen en zingt men twee keer per week gezamenlijk een lied. Daarna komt het welverdiend ontbijt; ugali (maïspap). Voor de aanvang van de lessen is er nog een uur studietijd. De volledige onderdompeling is een onvergetelijke ervaring waar ik nog vaak aan terugdenk.
Volg ons op onze socials voor meer inspiratie